Wat de Duivenvoordecorridor uniek maakt, is de aanwezigheid van een droge en relatief hoog gelegen strandwal. Deze ligt ter hoogte van de huidige Veurseweg. Daaromheen was alleen moeras en veen. De oudste bewoningsporen in deze regio komen uit de Late Bronstijd (1000 – 600 v. Chr.). Maar vanaf de Romeinen kwam de ontwikkeling van dit gebied pas echt op gang. Zij gebruikten de strandwal als een belangrijke weg tussen Forum Hadriani (Voorburg) en nederzettingen bij Leiden en Katwijk. Het is nu lastig voor te stellen dat er in dit gebied tussen Leidschendam-Voorburg en Voorschoten kastelen hebben gestaan. De adel bestookte elkaar tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten (1350 – 1490) en ook de Tachtigjarige oorlog en het beleg van Leiden (1574) hadden desastreuze gevolgen voor de kastelen in het gebied.
Een mooie geschiedenis
Een prachtige toekomst
Boeren vochten tegen een andere vijand: het moerassige veengebied. Hun boerderijen stonden, netjes op een rij, op de uitlopers van de strandwal. De inpoldering van het veen zorgde voor goed akkerland en later veeteelt. Paleisachtige buitenplaatsen vervingen in de 17e-eeuw de kastelen. Namen als Noorthey en Haagwijk herinneren nog aan deze elitaire zomerhuizen. Op Kasteel Duivenvoorde en enkele oude boerderijen na is een groot deel van deze rijkdom verdwenen. Door de sloop van kassen in het gebied , wordt de eerder verborgen rijkdom weer zichtbaar, zoals 18e-eeuwse vijvers, hakhoutbosjes, een boerderijenlint, oprijlanen van buitenplaatsen en tuinstructuren. Het opschonen van het gebied door de gemeenten en de bouw van woningen die voortborduren op de cultuurhistorie maken veel van deze historische relicten weer zichtbaar en herstelt de allure van het gebied.